Vleesvervangers, is dat wat?
In vlees zitten voedingstoffen die je nodig hebt. Traditionele vegetariërs lossen dat op door veel peulvruchten te eten. Maar de moderne vleesverlater heeft moeite met het lege plekje op z’n bord. Oplossing: vleesvervangers.
Je vindt ze in de supermarktschappen en in natuurwinkels: ‘vleesvervangers’ die eruit zien als vlees, soms net zo heten als vlees, maar het niet zijn. Burgers en worstjes, paté en ham, gehakt en spiesjes, niet gemaakt van dode dieren, maar van tofu, soja, tarwe- of schimmeleiwit, noten, ei of zuivel.
Zo is vegetarisch eten simpel: gewoon het vlees door een vegetarische dubbelganger vervangen en voilá, klaar is je vegamaaltijd. Maar waarom zou je vleesvervangers eten? Omdat je wilt minderen met vlees bijvoorbeeld. Veel vleessoorten bevatten verzadigd vet en dat is niet zo gezond: plantaardige vleesvervangers bevatten nauwelijks verzadigd vet of cholesterol.
Het meeste vlees in de winkel is afkomstig uit de vee-industrie, waar landbouwdieren bepaald geen fijn leven hebben. Maar bovendien is vlees behoorlijk milieubelastend, zegt Milieu Centraal, de onafhankelijke consumentenvoorlichtingsorganisatie over duurzaamheid en milieu. Voor één kilo vlees is gemiddeld vijf kilo plantaardig voer nodig: onder andere (soja)bonen, maïs en ander graan dat we ook zelf zouden kunnen eten.
Veel natuurgebieden sneuvelen om landbouwplantages aan te leggen voor de teelt van veevoer. Koeien stoten in hun winden en boeren methaangas uit en leveren zo een flinke bijdrage aan de klimaatverandering. En tenslotte kampen we in Nederland door het grote aantal landbouwdieren met een enorm mestoverschot, waardoor de bodem en het oppervlaktewater vervuilen. Als iedereen in Nederland één dag per week geen vlees zou eten, zou dat op al deze punten al een enorme verbetering betekenen.
Af en toe een dagje
Maar goed: als je geen vlees eet, zijn er massa’s andere alternatieven. Peulvruchten, noten, tofu, kaas en eieren bijvoorbeeld, die zich niet ‘verkleden’ als vlees. ‘Ik eet al meer dan dertig jaar vegetarisch en probeer zoveel mogelijk af te wisselen,’ zegt Lieke van Opstal, moeder van drie opgroeiende en ook vegetarisch etende kinderen. ‘Maar vooral als ik haast heb zijn vleesvervangers een uitkomst. Bovendien eten mijn kinderen ze graag.’ Een groot voordeel vindt Lieke dat je met vleesvervangers niet ‘anders’ hoeft te koken. ‘Mijn moeder kookt heel traditioneel: vlees, groenten en aardappels. Eens per week eten we bij haar en dan hoeft ze alleen het saucijsje door een vegaworstje te vervangen. Gezellig en gemakkelijk voor haar.’
‘Ik wil graag wat minder vlees eten, vooral voor mijn gezondheid,’ zegt Roeland van Doorn, accountmanager bij een groot bedrijf. ‘Maar ik heb het heel erg druk en weinig tijd om me te verdiepen in vegetarisch eten. Dan is een vegetarische burger uit de supermarkt erg handig.’ ‘Voor mensen die af en toe een dagje geen vlees willen eten, zijn vleesvervangers toegankelijk en een uitkomst,’ zegt Sytske de Waart, voedingskundige van de Vegetariërsbond. ‘En dan maakt het ook niet zoveel uit welke vleesvervanger ze kiezen. Maar wie vaker of elke dag vegetarisch wil eten, moet wel opletten welke vervanger hij kiest. Variatie is het sleutelwoord, omdat elk vegetarisch alternatief zijn eigen voedingskundige voor- en nadelen heeft.’
Net zo goed als vlees
Want is een vegetarische burger wat voedingswaarde betreft wel gelijkwaardig aan vlees? Verrassend genoeg hoef je je om eiwit niet druk te maken. Iedereen met een gevarieerde, westerse voeding krijgt ruim voldoende en zelfs te veel eiwit binnen. Eiwit zit in vlees en vleesvervangers, vis, ei en kaas, maar bijvoorbeeld ook in andere zuivel, peulvruchten, soja(drank), tofu, noten en pindakaas, brood, pasta en rijst.
Waar moet je dan wel op letten? Op het gehalte aan ijzer, vitamine B1 en vitamine B12, stoffen die van nature ruimschoots in vlees, vis en eieren zitten, maar minder in plantaardige producten. Peulvruchten, noten, ei, tofu en de meeste kant-en-klaar vleesvervangers bevatten genoeg ijzer en vitamines (vaak toegevoegd) en zijn dus volwaardige vleesalternatieven: uitzondering zijn seitan, vleesvervangers waar niets aan toegevoegd is als Quorn én… kaas.
Kaas scoort goed op vitamine B12, maar bevat nauwelijks ijzer en er zit ook nog eens veel verzadigd vet in. Maar kaas geeft wel lekker veel smaak en pit aan de maaltijd en bevat weer andere gezonde stoffen zoals calcium. En afwisseling is het belangrijkst: wie varieert met vleesalternatieven, kan dat ook prima met kaas of Quorn doen.
-
TIP
Wil je in één oogopslag zien, hoe verantwoord jouw stukje vlees, vis of vleesvervanger is? Download de app Questionmark. Je scant een supermarkt product door je camera op de barcode te richten. Heb je het gescant dan laat de app direct zien hoe dit product scoort op duurzaamheid
Zijn vleesvervangers lekker?
Daarover verschillen de meningen. ‘Zaagsel met zout,’ vindt Nico Klein, eigenaar van een wijnwinkel. ‘Vooral de vleesvervangers uit de natuurwinkel vind ik echt niet te eten.’ ‘Mijn kinderen proeven het verschil niet tussen een vegaworstje of een varkensworstje,’ zegt Lieke van Opstal. Maar over het algemeen is de smaak toch een reden waarom veel mensen niet echt enthousiast zijn over vleesvervangers.
Daar is verandering in aan het komen: de smaak van vleesvervangers wordt steeds verder ontwikkeld, om het in veel gevallen zoveel mogelijk op het vlees dat het vervangt te laten lijken. Er is wel een kanttekening te maken: veel vleesvervangers zijn gemaakt van soja en dat heeft van zichzelf nauwelijks smaak. Daarom worden allerlei producten en specerijen toegevoegd, zoals zout, waardoor het soms niet zo gezond (meer) is.
Soorten vleesvervangers
-
Soja is de basis van veel vleesvervangers. Soja is de grondstof van gekruide en op smaak gebrachte soja-burgers, van -gehakt, -worstjes, -broodbeleg, p-atés en -balletjes van merken als Tivali, AH, Vivera, GoodBite, Beeter en Alpro. Deze producten lijken veel op vlees en zijn op dezelfde manier klaar te maken of te gebruiken.
-
Tofu en tahoe zijn twee woorden voor hetzelfde: een soort ‘kaas’ van soja, die al eeuwenlang in oosterse keukens wordt gebruikt. Tofu heeft van zichzelf weinig smaak en een wat sponzige structuur. In stukjes/plakjes snijden, marineren en dan roerbakken, frituren of stoven in een saus of soep met een krachtige smaak is het lekkerst.
-
Groenteburgers bestaan voornamelijk uit kleine stukjes groente, gekruid en aan elkaar ‘geplakt’ met ei en soms wat bloem. Bak ze als een tartaartje.
-
Quorn is gemaakt van een schimmeleiwit en lijkt qua structuur en smaak op (iets droge) kipfilet. Het is naturel (in stukjes) verkrijgbaar, als gekruide ‘burgers’ en in heel veel gemarineerde en op smaak gebrachte varianten die je kunt klaarmaken als (gemarineerde) kipfilet.
-
Tempeh is ook een traditioneel oosters ingrediënt en gemaakt van gefermenteerde sojabonen. Het is te koop in toko’s en andere oosterse winkels. Het heeft een uitgesproken smaak die wat aan blauwe kaas doet denken. Snijd tempeh in dunne plakken/blokjes en frituur het of bak het op hoge temperatuur. Knapperig gebakken stukjes tempeh geven pit aan bijvoorbeeld soep en salades.
-
Seitan is gemaakt van tarwe-eiwit en is te koop bij natuurwinkels. De structuur lijkt op rundvlees, maar de smaak is heel anders: wat zoet en bouillonachtig. Seitan is het lekkerst in stoofschotels.
-
Notenburgers uit de natuurwinkel hebben gemalen noten e/of zaden (bijvoorbeeld cashews, pinda’s walnoten, zonnepitten) als basis. Je koopt ze in de natuurwinkel, maar kunt ze ook zelf maken. Ze hebben inderdaad een lekkere notensmaak en bevatten relatief veel, maar gezonde vetten. Vaak bevatten ze ook ei als ‘plakmiddel’.
-
Falafel is gemaakt van kikkererwten en (diepvries) te koop in de supermarkt of bij islamitische of Isfaëlische snackbars. Bakken/frituren en eten met een pittig (knoflook)sausje is het lekkerst: traditioneel in een (pita)broodje met sla en tomaat.
Vlees noch vis?
Eten vegetariërs wel vis? Eigenlijk niet. Maar als je als ‘vleesminderaar’ wel af en toe een visje wilt eten, kies dan voor vissoorten die duurzaam gevangen of schoon gekweekt worden, bijvoorbeeld vis met het MSC-logo (in de supermarkt). Of kijk op www.goedevis.nl voor de Viswijzer (ook te downloaden). Daar kun je precies zien hoe het zit met je visfiletje.