Getest: slasoorten

Elke slasoort heeft een eigen smaak en structuur. De ene is knapperig, de volgende mals, sla kan bitter of kruidig zijn, soms zelfs zoet. Er vielen geen onvoldoendes. ‘Hier kan ik zo een kropje van wegknagen.’

HET PANEL

Ronald van Eijk ervaren proever, verzorgde de logistiek. Monique Koolen fijnproever uit het onderwijs. Loethe Olthuis culinair onderzoeksjournalist en moestuinierder. Frank Tjoa hobbykok en ICT’er. Patrick Verkuil software engineer, ervaren proever. Helene de Vries heeft al dertig jaar een moestuin. Anja van Zijl groenteliefhebber en moestuinierder. Wim van Zijl thuiskok en moestuinierder.

DE PROEVERIJ

In de supermarkt, bio- en groentewinkel vind je wel twintig verschillende soorten sla. Hoe smaken al die soorten eigenlijk? En is er wel verschil? We hebben negen soorten geproefd: de kropsla in een gangbare en biologische variant en naast de supermarktveldsla nog veldsla uit eigen moestuin. Tijdens de proeverij (begin maart) waren er nog geen andere slasoorten in de tuin. Omdat je sla eigenlijk nooit zonder dressing eet, werd bij de proeverij ook een simpele vinaigrette gegeven van 2/3 neutrale (zonnebloem)olie, 1/3 wittewijn­azijn en wat zout. We proefden de sla eerst ‘naturel’ en dan met wat dressing. De proevers konden tussentijds hun smaak neutraliseren met wit stokbrood.

Nog meer blaadjes op je bord Je kunt nog veel meer eetbare blaadjes tegenkomen die als sla worden gegeten: winterpostelein (natuurwinkels), botersla (het hart van kropsla), babyleaf, een mengsel van jong geoogste bladgroenten zoals bietjes, andijvie, bladmosterd, raapstelen of spinazie, ‘mesclun’ (een Franse saladenaam voor babyleafblaadjes gemengd met kruiden zoals zuring en bloemen als paardenbloem), pluksla (slasoorten die geen krop vormen maar waarvan je steeds de buitenste bladeren kunt oogsten terwijl het hart doorgroeit).

Beoordelingen en cijfers