De burn-out van Denise
Een andere leidinggevende met een nieuwe koers zorgde er mede voor dat Denise (31) eind 2017 in een burn-out belandde. Door kordaat van baan te veranderen, voorkwam ze dat ze heel lang thuis kwam te zitten.
’Ik werkte al vier jaar met veel plezier als international salesmanager bij een technisch bedrijf. De relaties met mijn klanten waren hecht en ik reisde veel. Dat veranderde toen mijn directe leidinggevende, een van de twee directeuren van het bedrijf, vertrok. De overgebleven eigenaar gooide het roer helemaal om. Klanttevredenheid werd ondergeschikt aan winst. Hij introduceerde nieuwe producten waar niemand op zat te wachten. Ik stond altijd voor mijn klanten klaar, maar ineens moest ik hun vragen vaak afwimpelen. Mijn vrijheid was weg en daarmee ook mijn werkplezier. Niet lang na de wisseling van de wacht kreeg ik vage klachten. Ik was heel moe en snel geïrriteerd. Gaandeweg kwamen er steeds meer symptomen bij: buikpijn, hartkloppingen, huilbuien.
Op een gegeven moment werd ik niet meer ongesteld. Ik was mezelf helemaal kwijt. Ondanks alles werkte ik stug door. Maar toen ik achter de computer zwarte sterretjes voor mijn ogen zag, ben ik toch naar de huisarts gegaan. Op de stresstest die ze me liet doen, scoorde ik torenhoog. Het weekend erna heb ik mijn leidinggevende een mailtje gestuurd: zo gaat het niet langer. Mijn voorstel was om halve dagen te gaan werken. Achteraf gezien had ik me beter helemaal ziek kunnen melden, maar ik wilde mijn klanten niet in de steek laten. Dus sleepte ik me iedere ochtend naar kantoor. Om twaalf uur ging in met barstende koppijn naar huis. Daarna sliep ik de rest van de dag. Ik kon niets meer.
‘Dit werkt niet’, zei de bedrijfsarts bij wie ik op gesprek moest. Zijn advies: accepteer de situatie of zoek een andere baan. Dat laatste heb ik gedaan. Gelukkig had ik via via binnen een paar weken ander werk. Dat ik niet heb afgewacht, is mijn redding geweest. In mijn nieuwe job verdwenen al mijn klachten als sneeuw voor de zon. Als ik bij mijn oude werkgever was gebleven, was ik zeker helemaal uitgevallen. Dan had het herstel veel langer geduurd. Om me heen zie ik veel millennials die, net als ik, altijd maar doorrennen. The sky is the limit voor mijn generatie, dus willen we alle kansen grijpen. Maar ik weet nu dat je óók je rustmomenten moet pakken. Anders houd je het op de lange termijn nooit vol. Dat ik die les voor mijn dertigste al heb geleerd, is mooi meegenomen.’