Hemelbestormer Rob van Drunen over ‘man’ zijn
Ondernemer Rob van Drunen vindt dat mannen gebukt gaan onder de eis van de moderne tijd dat ze stoer, maar ook gevoelig moeten zijn. Hij raadt zijn mede-mannen aan: word de man die je in je hart wil zijn en stop met doen alsof.
Rob van Drunen (35) is trainer, coach, schrijver en hij is oprichter van het e-coaching platform i45.nl en medeoprichter van Mannenkracht, een beweging van mannen die authentiek willen leven. Onlangs publiceerde hij samen met Jeroen Biegstraaten en Pieter Schop het boek Het is tijd man. Rob van Drunen heeft samen met zijn vriendin een zoon (3). Een tweede kind is onderweg.
Is de man in crisis?
‘Laat ik zeggen: nee en ja’, zegt ondernemer Rob van Drunen, thuis aan de keukentafel. Samen met zijn kompanen Jeroen Biegstraaten en Pieter Schop is hij een van de oprichters van Mannenkracht, een beweging van mannen die ‘vanuit hun kracht willen leven’. Ze organiseren programma’s, workshops en trainingen voor andere mannen en hebben zo heel wat mannen leren kennen.
Onlangs verscheen Het is tijd man, hun boek met inzichten over de man en oefeningen voor wie het anders wil. Van Drunen kan dus weten hoe het er met mannen voor staat. ‘De man is niet in crisis, omdat er niet zoiets bestaat als dé man’, zegt hij. ‘Iedere man is uniek, met een eigen persoonlijkheid en ontwikkeling. Dus kan dé man ook niet in crisis zijn. Bovendien hebben mannen, zoals veel vrouwen terecht zeggen, veel privileges. Eigenlijk hebben wij niks te klagen.’
Lekker gaat het niet volgens de cijfers.
‘Helemaal lekker gaat het inderdaad niet. Veel van de cijfers die dat aantonen komen uit de Verenigde Staten, en die liegen er niet om: 95 procent van de populatie in gevangenissen is man, 80 procent van de daklozen is man, zelfmoord komt vier keer zo vaak voor bij mannen als bij vrouwen en in alle ontwikkelde landen doen meiden het beter op school dan jongens.
Geen wonder dat in Amerika 80 procent van de ouders die een kind verwacht de voorkeur heeft voor een meisje. Puur op basis van dit soort cijfers zou je kunnen zeggen: ja, de man is in crisis.’
Kun je dat verklaren?
‘Het is vrij complex, maar de simpele versie is dat mannen worstelen met een opeenstapeling van vaak tegenstrijdige verwachtingen die aan hen worden gesteld. Je kunt dat goed afmeten aan reclames: een ‘echte man’ is nog steeds: biertje, barbecue, niet zeuren, maar je ziet nu ook spotjes waarin een vlotte man achter een kinderwagen loopt of een appeltaart bakt.
Mannen moeten tegenwoordig alles zijn: een goede minnaar én een trouwe partner, een succesvolle ondernemer én zorgzaam thuis bij de kinderen, gevoelig én stoer.’
Ga er maar aan staan.
‘Bovendien zijn mannen steeds minder nodig op de arbeidsmarkt. Veel van het werk dat traditioneel door ons werd gedaan, is door machines en robots overgenomen. Mannen hadden dus lang een duidelijke rol in het leven, of die nu bij hen paste of niet, en ze waren nodig in de maatschappij. Dat gaf een zeker gevoel van eigenwaarde en daar wordt nu aan geknaagd.
Je ziet het ook in relaties. Vrouwen willen graag dat mannen hun kwetsbare kanten laten zien, maar als ze eerlijk zijn zullen ze vaak moeten toegeven dat ze het ook ongemakkelijk vinden als hun partner dat doet. Vrouwen zijn óók opgevoed met het idee dat mannen stoer zijn en problemen oplossen.
Onderzoek laat zien dat vrouwen kwetsbare mannen zelfs onaantrekkelijker vinden. Dat levert voor mannen een situatie op waarin ze het nooit goed lijken te kunnen doen. En dat kan weer gevoelens van frustratie en woede oproepen, met alle gevolgen van dien.’
Wat zou eraan te doen zijn?
‘Wij geloven dat het zou helpen als mannen zich zouden weten los te maken van het script van mannelijkheid. Met het script bedoel ik: de regels waaraan je denkt te moeten voldoen. Iedere man en iedere vrouw draagt onbewust zo’n persoonlijk script met zich mee. Daarin zitten alle ideeën, verwachtingen, meningen en oordelen over hoe je als man of vrouw zou moeten zijn. Dat script wordt deels gevormd door de cultuur waarin je bent opgegroeid en die je meekrijgt via geschiedenisboeken, films, de wereld om je heen. Wij mannen zijn opgegroeid met de Alexander de Grotes, Columbussen en Napoleons – de veroveraars, de alfamannen. De lat ligt in dat opzicht hoog.’
En daarnaast?
‘Verder bestaat het script natuurlijk uit je persoonlijke ervaringen. Wat voor ouders heb je gehad? Had je een strenge vader die van kleins af aan tegen je zei dat je je niet moest aanstellen als je verdrietig was? Dat heeft je beeld van man-zijn mede gevormd.
Zei je moeder dat je altijd het eerst aan de vrouw moet denken en dat alle mannen viezeriken zijn – zoals wij tijdens onze mannenbijeenkomst maar al te vaak horen? Ook dat droeg bij aan jouw idee van mannelijkheid.
Terwijl je opgroeit, probeer je al die soms tegenstrijdige beelden met elkaar te verenigen. Veel mannen zoeken daarbij houvast bij iets wat ze heel graag willen: belangrijk zijn. Voor hun partner, voor hun werkgever, voor de wereld. Dáár halen ze hun voldoening en hun gevoel van eigenwaarde uit, ook als dat betekent dat ze er zestig uur per week voor van huis moeten zijn. Als een man het gevoel heeft dat hij niet van waarde is of niet gewaardeerd wordt voor wat hij doet, is dat ontzettend pijnlijk voor hem.’
En daardoor is de man nu toch wel een beetje in crisis?
‘Ja. Terwijl: als je dat script kunt loslaten en niet meer aan al die eisen hoeft te voldoen, komt er ruimte om te ontdekken wat jíj belangrijk vindt en wat jij wil. Een man ben je al, daar hoef je niks voor te doen. Maar het soort man dat je wil zijn, daar heb je iets over te zeggen. En daarin kun je alle kanten op. Je kunt als man wel over je gevoelens praten of niet, wel van voetbal houden of niet. Bier drinken én naar de schoonheidsspecialiste gaan. Het script loslaten en beseffen dat je de keuze hebt om het soort man te worden dat je wil zijn, is ontzettend bevrijdend.’
Hoe heb je dat zelf ontdekt?
‘Pieter Schop en ik zijn Mannenkracht begonnen vanuit onze eigen behoefte. We hadden allebei een aantal opleidingen gevolgd op het gebied van persoonlijke ontwikkeling. Daar leerden we veel, maar wat ons opviel: bij die opleidingen zag je haast alleen vrouwen. Dat was prima, maar we merkten dat we om verder te komen sommige onderwerpen alleen met andere mannen konden onderzoeken.
Dat werd het uitgangspunt van Mannenkracht. Als je met alleen mannen bij elkaar bent gebeurt er iets. Ik kan het moeilijk omschrijven. We zijn sowieso veel eerlijker en persoonlijker dan wanneer er vrouwen bij zijn. De verschillen die er onderling zijn, vallen weg. Door ruim een jaar lang elke week met mannen bij elkaar te komen, leerde ik: in de basis twijfelen alle mannen weleens of ze het goed genoeg doen als man. Sinds ik dat weet, kan ik niet meer zoals vroeger naar een groepje mannen aan een bar kijken en denken: zij hebben het wel voor elkaar en ik niet.’
Maar is het niet heel menselijk om dat te denken? Ik denk dat zo ongeveer van iedereen.
‘Natuurlijk, maar als je dat écht gaat geloven, doe je jezelf tekort. En dat risico lopen mannen meer dan vrouwen. Vrouwen hebben ook hun script, het is ook voor hen heel zinvol om zich daarvan bewust te worden en zich daarvan te bevrijden. Het verschil is alleen dat vrouwen meekrijgen dat ze over hun emoties mogen praten, en mannen niet. Vrouwen weten doorgaans van elkaar wel waar ze onzeker over zijn en zullen dus waarschijnlijk minder snel denken dat ze de enige zijn die dat hebben.
Mannen denken heel vaak dat zij de enige zijn. In sessies vragen we vaak: waarin denk jij dat je de enige bent? Dan krijgen we heel verschillende antwoorden: niet weten hoe je moet zijn als man, als minnaar, als vader.
De helft tot driekwart van de deelnemers aan onze programma’s zegt zelfs weleens te denken dat ze geen echte man zijn.
De bevrijding ligt in accepteren dat je het nooit helemaal goed zal doen als man. Je kunt goed genoeg zijn als mens, maar het nooit helemaal goed doen als man. Als je dat kunt accepteren, wordt het leven meteen een stuk lichter. Dan kun je je gaan afvragen: wat voor een man wil ik zijn?’
Wat is het effect daarvan, denk je?
‘Op individueel niveau zal dat meer innerlijke rust, tevredenheid en voldoening geven. Je hebt minder hoog te houden, hoeft minder te doen alsof. En, heel belangrijk: je voorkomt spijt. Spijt is voor mij persoonlijk een grote drijfveer: de angst om op mijn sterfbed spijt te hebben van hoe ik mijn leven heb ingevuld, helpt mij bij de keuzes die ik nu maak. Ik denk dat veel mannen aan het einde van hun leven diepe spijt hebben van de manier waarop ze hun leven hebben ingericht. Als je je hele leven maar doet alsof, heb je eigenlijk geen leven.’
En op maatschappelijk niveau?
‘Ik geloof er ten diepste in dat als mannen kunnen zijn wie ze in hun hart zijn, dat ze liefdevollere, constructievere leiders, partners en vaders zullen zijn. En daar zal de hele maatschappij baat bij hebben. Ondanks hun privilege, of als je het verder doortrekt misschien ook wel dankzij hun privilege, lijden mannen óók. Daar zou erkenning voor moeten zijn.
Als een man tot andere inzichten komt, kan zijn relatie met vrouwen ook anders en beter worden. We leven in een tijd met heel veel uitdagingen – sociale ongelijkheid, racisme, klimaatverandering. Om de wereld te veranderen zullen we de bestaande structuren moeten veranderen. Dat is uiteindelijk ons doel: dat we meer in harmonie met elkaar kunnen leven.’
Nicolien Koop
16-04-2021 om 21:07Geweldig, dit had 25 jaar geleden al wel uit mogen komen maar toen was de schrijver nog te jong