Alles loopt op rolletjes

Van twee stoere aannemers in een piepklein stadsautootje tot een duurzame tuinvrouw op een elektrische bakfiets. Zo stikgelukkig kun je met je lieveling op wielen zijn.

‘Het heeft iets ambachtelijks, zo’n rijdende tuinwinkel’

DIANA

Diana (60) is tuinvrouw. Voor haar geen dikke bestelbus, alle planten en gereedschap vervoert ze in een elektrische bakfiets.

‘Dol ben ik op mijn bakfiets. Hij is zes jaar oud en zit niet meer zo strak in de lak. Af en toe heeft-ie ook een mankementje. Maar een nieuwe kopen? Nee joh, deze heeft karakter. Bovendien hoef ik me nu geen zorgen te maken dat hij beschadigd raakt. Ik zet er kratten in, planten, aarde, gereedschap. Hij hoeft dus niet beeldschoon te zijn.

Tien jaar terug zat ik met mijn compagnon aan de keukentafel en bespraken we onze plannen om een tuinbedrijf te beginnen voor stadstuinen. We dachten na over ons transportmiddel. Duurzaam wilden we zijn, toen nog een bijzonder woord. Dan kom je niet in een dikke bus voorrijden, zoals veel hoveniers doen. Het mocht ook wel wat vrouwelijker, overzichtelijker en minder bruusk. Want tuinen in Amsterdam zijn helemaal niet zo groot. Een bakfiets, dat leek ons perfect. Dus daar kwam-ie.

Alleen waren we na een hele dag sjouwen en in de tuin werken doodmoe. Moesten we ook nog naar huis trappen. Toen hebben we een kinderbakfiets om laten bouwen tot een model dat geschikt was voor onze groene ‘passagiers’. In het begin trok het achterwiel steeds krom, omdat de lading te zwaar was. Daarom heeft de fietsenbouwer er aan de achterkant een brommerwiel ingezet. Zo was de boel mooi in balans. Ik rijd ‘m op de stoep tot voor de voordeur. Geen gedoe met parkeren. En het is goed voor de herkenbaarheid.

‘Hee, ik zag je nog fietsen’, hoor ik vaak. Het heeft iets ambachtelijks, zo’n rijdende tuinwinkel. Mijn werkkring houdt trouwens wel op bij de ring. Daarbuiten wordt het me te ingewikkeld en te ver. Moet ik toch een keer een boom planten of zes zakken potgrond verplaatsen, dan leen ik wel een autootje. Er zijn al veel te veel auto’s in de stad die nauwelijks worden gebruikt.’


‘Ik bepaal wie er binnen mag komen, het liefst zo min mogelijk mensen’

jULIUS

Julius Jaspers (59) uit Bussum is topkok en schrijver van 21 kookboeken. Recepten hiervoor bedenkt en schrijft hij in zijn pipowagen in de tuin.

‘Toen ik me vier jaar geleden terugtrok uit de horeca, maakte ik van de voorkamer van ons huis een werkkamer. Maar echt rustig was dat niet; ik was vooral bezig met de deur opendoen voor de postbode en het uitlaten van de honden. Me fatsoenlijk aankleden deed ik ook niet meer, ik liep de hele dag in een joggingbroek. Waarop mijn vrouw voorstelde een nieuwe pipowagen in de tuin te zetten. Daar hadden we goede ervaringen mee, want toen we 25 jaar geleden ons huis gingen verbouwen, hebben we met het gezin en twee labradors negen maanden in een directiekeet op wielen in de tuin gewoond. Dat beviel zo goed, dat we sindsdien al zes campervakanties door Canada maakten.

Dit is een EXTRA artikel

Dit EXTRA artikel is alleen te bekijken voor abonnees. Maak eenvoudig een account aan en kies het abonnement dat het best bij je past. Je krijgt direct onbeperkt toegang tot alle artikelen!

Maak een account aan