De huishoudpot van fotograaf Lieske Meima
Hoe gaan anderen om met geld, bezuinigingen, boodschappen en bankrekeningen. Lieske Meima is niet zo’n koper, ze wordt niet ongelukkig als er luxe wegvalt. En als er veel geld binnenkomt, spaart ze stevig voor slechtere tijden.
Lieske Meima (58) en haar man zijn al zo’n veertig jaar samen. Ze hebben twee kinderen die het huis uit zijn. Zij is fotograaf, vooral voor bedrijven en organisaties (lieskemeimafotografie.nl). Hij ontwikkelt en realiseert projecten op het gebied van erfgoed, kunst en toerisme.
Last gehad van corona in je werk?
‘Er werden veel opdrachten afgezegd. Nu heb ik een baan als bron- en contact- onderzoeker bij de GGD voor 3 dagen per week. Dat biedt wat zekerheid, maar het is tijdelijk en op oproepbasis. Daarnaast zijn er nu weer wat foto-opdrachten.’
Vind je financiële onzekerheid vervelend?
‘Ja, maar ik ben eraan gewend geraakt. De laatste twintig jaar hebben mijn man en ik sterk wisselende inkomsten. We zijn allebei ondernemer. Ik was aanvankelijk kunstenaar en ben nu fotograaf, maar heb er vaak parttime baantjes bij. Deels uit noodzaak, maar ik vind het ook verrijkend om bij veel verschillende organisaties en bedrijven rond te lopen. Soms komen we geld tekort, soms zitten we er heel warm bij. Al met al fluctueert ons inkomen van modaal tot zo’n vier keer modaal. Als er veel binnenkomt sparen we stevig voor pensioen en slechte tijden, als er weinig binnenkomt gebruiken we ons spaargeld. In al die jaren heb ik het vertrouwen gekregen dat het wel goed komt.’
Vind je geld belangrijk?
‘Het biedt vrijheid en zekerheid. Maar veel bezit kan ook tot onvrijheid leiden, door financiële verplichtingen en onderhoud. Ik ben helemaal geen koper, ik word niet ongelukkig als er luxe wegvalt. Ook zonder geld valt er veel te genieten. Ik wandel en fiets graag. Van jongs af aan ben ik heel sober. Van mij mag alles tweedehands zijn. Als tiener sliep ik op een palet en haalde prachtige kleding bij een voddenopslag. Het stoort me dat onze economie vooral gericht is op het creëren van luxe behoeften, zoals statusspullen en modetrends. Must-have is voor mij het ultieme jeukwoord.’
INKOMEN: Varieert van 1 tot 4 keer modaal | ||
---|---|---|
Hypotheek | € | 450 |
`Boodschappen | € | 650 |
Gas, elektra | € | 75 |
Telefoon, tv | € | 95 |
Auto’s (2) | € | 540 |
Verzekeringen | € | 470 |
Eigen risico, brillen, lenzen | € | 100 |
Gemeentelijke belastingen | € | 95 |
Goede doelen en cadeaus | € | 225 |
Yoga, krant, abonnementen | € | 190 |
Uitgaan en vakanties | € | 500 |
Kleding en kapper Lieske | € | 100 |
Sparen | € | wat er overblijft |
Denkt je man er ook zo over?
‘Hij besteedt graag geld aan alles wat goed, mooi en lekker is, maar gelukkig totaal los van status. Als het aan mij had gelegen woonde ik nog driehoog-achter of in een tiny house. Bijna al het initiatief om dingen te kopen, komt van mijn man. Ons huis, onze verbouwing, tot en met míjn kleding, alles. Maar hij stuurt altijd aan op kopen van kwaliteit. We hebben na dertig jaar nog dezelfde meubels die we een paar keer opnieuw lieten bekleden: tijdloze ontwerpen van topkwaliteit die we nog steeds heel mooi vinden. Dus die keuze is ook duurzaam. In al die jaren hebben we wel van elkaar geleerd. Hij is inmiddels expert op Marktplaats en veilingsites en geniet ook van mijn soort uitjes. En ik heb mooie, goede producten en lekkere etentjes leren waarderen.’
Lekkere etentjes?
‘Mijn man kan heel goed en lekker koken. Hij stelt graag dinertjes samen en maakt het liefst alles zelf. Hij is van de volle smaken met goede olie en room. Voor mij is gezond eten net zo belangrijk. Gezond en lekker kunnen samengaan, maar de balans ligt bij ons beiden net anders. We vinden inmiddels een aardige middenweg.’
Eten jullie vlees?
‘Als begin twintigers waren we vegetariër, vanwege het dierenwelzijn. Later ontdekten we de biologische slager en gingen we weer vlees eten. Nu de klimaatcrisis zo urgent is, eten we nog maar heel weinig vlees. Ik word erg boos als ik bedenk hoe dieren als producten worden behandeld, zonder respect. Ik hoop dat we hier ooit op terugkijken zoals we nu terugkijken op slavernij. Dat we ons afvragen: hoe bestaat het dat we daar zo mee zijn omgegaan?’