De nieuwe melkboeren Tom en Bart uit Twente
Acht jaar geleden zochten de broers Tom (31) en Bart Grobben (34) uit Twente naar een duurzame manier om het melkveebedrijf van hun ouders over te nemen. Plantaardige zuivel, dat moest het worden. Hun bedrijf heet De Nieuwe Melkboer en is een glanzend voorbeeld van hoe het kan: een boerderij zonder koeien.
![De nieuwe melkboeren Tom en Bart Grobben in de nu lege koeienstal van hun ouders.](https://radarplus.nl/app/uploads/2024/03/DSC_7546-kopie-scaled-e1710860066499-1600x1067.jpg)
Hoe ziet het er bij jullie op de boerderij uit?
‘Na jarenlang experimenteren met gewassen en producten staat er nu soja op onze akkers, zijn de koeien de deur uit en is er in de stal een fabriekje waar een plantaardig alternatief voor yoghurt wordt gemaakt.’
Aanvankelijk was jullie sojamelk erg in trek, doordat barista’s steeds meer vraag kregen naar lattes en cappucino’s met sojamelk. Maar toen kwam er concurrentie van havermelk. Was dat schrikken?
‘Ja, daar hadden we even niet op gerekend. Ineens kwam er heel goede havermelk op de markt en sindsdien wordt sojamelk veel minder gebruikt in de koffie. Toen hebben we het roer helemaal omgegooid en ons op plantaardige yoghurt gestort, wat je maakt door sojamelk te fermenteren. Op zich niet moeilijk, maar hoe krijg je een optimale smaak? Dat was een kwestie van heel veel testen en proeven. Eerst bij onze ouders in de keuken, later in een productieruimte bij ons in de buurt en inmiddels hebben we ons eigen fabriekje. We verkopen nu drie smaken sojayoghurt en we hopen ons assortiment op den duur te kunnen uitbreiden. We willen bijvoorbeeld ook van andere gewassen yoghurt gaan maken, van haver of van lupines.’
Wat is het meest duurzame aspect van jullie onderneming?
‘Het lokale aspect telt waarschijnlijk het zwaarst. Ons product is gemaakt met lokale grondstoffen en wordt ter plekke gefabriceerd, dus dat heeft impact op het aantal foodmiles, de kilometers die voedsel aflegt van plant naar klant. Hoe minder kilometers, hoe milieuvriendelijker.
‘De planten hebben geen kunst- of koemest nodig om te groeien, ze halen stikstof uit de lucht’
Zelf hebben wij vijf hectare grond om soja op te verbouwen, de rest betrekken we van andere boeren. We verbouwen niet zuiver biologisch, want tot op dit moment is de vijver van Nederlandse boeren die soja verbouwen aan de kleine kant en we kunnen niet zonder hen. Dus vonden we het belangrijker om de drempel zo laag mogelijk te houden. Bovendien is ook niet-biologische sojateelt al goed voor de grond. De planten hebben geen kunst- of koemest nodig om te groeien, want het is een vlinderbloemig gewas, dat stikstof uit de lucht haalt en in de grond bindt.’
Eerst deden jullie alles zelf, maar de zaak is pas echt goed gaan lopen doordat jullie onderdelen hebben uitbesteed en zijn gaan samenwerken met grote coöperaties als Agrifirm en FrieslandCampina. Was dat voortschrijdend inzicht?
‘Ja, we hebben stap voor stap geleerd waar we zelf goed in zijn, bijvoorbeeld in smaakontwikkeling, en wat we beter aan anderen kunnen overlaten, zoals het transport naar de klant. Daarin moet je gewoon keuzes maken. Door in zee te gaan met Agrifirm kwamen we makkelijker aan sojabonen van andere boeren, en via de samenwerking met FrieslandCampina konden we investeren in onze yoghurtfabriek.
We hebben er geen spijt van dat we in het begin alles in eigen hand wilden houden, ook al heeft het ons heel wat slapeloze nachten bezorgd. Achteraf gezien hadden we beter meteen op zoek kunnen gaan naar goeie boeren van wie we kant-en-klare bonen konden afnemen, bijvoorbeeld. Aan de andere kant hebben we daardoor wel heel veel kennis opgebouwd en zijn we er ook trots op hoe we zover zijn gekomen.’
Het klinkt als een simpele oplossing van het stikstofprobleem: zuivelproducten maken van sojabonen. Is dat ook zo?
‘In principe wel, alleen moeten consumenten bereid zijn om meer te betalen voor soja van eigen bodem. Sojabonen uit andere continenten zijn veel goedkoper, maar die willen wij niet gebruiken, want die grondstoffen hebben grote afstanden afgelegd voordat ze in Nederland aankomen. Als er een goede prijs voor lokale teelt wordt betaald, zullen er in Nederland genoeg boeren te vinden zijn die soja voor ons willen verbouwen.
Aan ons de taak om consumenten te overtuigen van de meerwaarde van ons product. Dat gaat vast lukken, want we hebben een goed verhaal: het is volkomen helder waar onze grondstoffen vandaan komen en hoe wij produceren. Daarnaast is de smaak ontzettend belangrijk. Wij krijgen heel enthousiaste reacties over de smaak van onze yoghurt, dus we zijn overtuigd dat we ons hiermee onderscheiden van de andere sojayoghurtmakers.’
Kunnen jullie er al van leven?
‘We kunnen er op dit moment een inkomen uithalen, maar dat komt voor een deel door investeerders die vertrouwen hadden in onze start-up. Nu de bouw van de fabriek is afgerond en we een nieuwe productielijn hebben, is het zaak om de investeringen zo snel mogelijk te laten renderen. We proberen in elke markt voet aan de grond te krijgen. Niet alleen in de supermarkt, maar ook bij restaurants en andere bedrijven die plantaardige yoghurt willen gebruiken. Dat loopt goed, dus we verwachten aan het eind van dit jaar winstgevend te zijn.’
Missen jullie de koeien?
‘Vooral voor onze ouders was het een emotionele stap om de dieren weg te doen. Onze moeder zei dat het voelde alsof de ziel uit het bedrijf was. Begrijpelijk, want het is heel prettig om te leven met dieren om je heen. Aan de andere kant geeft het ook ruimte om niet meer 24 uur per dag de verantwoordelijkheid te voelen. ‘De boontjes bellen ons niet uit bed’, zeggen we weleens tegen elkaar. We hoeven niet meer dag en nacht paraat te staan en onze ouders blijven evengoed betrokken bij het bedrijf. Ze zijn natuurlijk erelid van het testpanel dat onze nieuwe producten proeft en verder helpen ze mee met de sojateelt, de oogst en het drogen van de bonen. En ja, we telen wel naar biologische standaarden, dus af en toe is het zo’n dag dat we met de hele familie op het land staan om onkruid te trekken.’
Yoghurt van De Nieuwe Melkboer is o.a. te koop via Crisp.