Nooit te oud voor ADHD
Veel kennis over ADHD is van vrij recente datum. Volwassenen met ADHD wisten dus lang gewoon niet beter dan dat zij ‘anders’ waren. Vaak valt het kwartje pas als hun eigen (klein)kinderen de diagnose krijgen. Psychiater Sandra Kooij heeft goed nieuws: ‘Het is nooit te laat om hulp te zoeken.’
Zo’n 5 procent van alle kinderen heeft ADHD. Oftewel: één op de twintig. Een enorm aantal. Bij hen is het zelfs de meest voorkomende psychiatrische aandoening. Maar ook volwassenen krijgen steeds vaker de diagnose. ‘En nee, dat komt zeker niet omdat het een modeziekte is’, zegt psychiater Sandra Kooij van PsyQ, bijzonder hoogleraar ADHD bij volwassenen aan het Amsterdam UMC/VUmc. Tijdens haar opleiding stuitte zij in 1995 op volwassen patiënten met klachten als impulsiviteit en woedeaanvallen, waar geen duidelijke verklaring voor was.
Zouden ze ADHD kunnen hebben? dacht ze. Op dat moment was over deze aandoening bij volwassenen wereldwijd nauwelijks iets bekend. Laat staan dat psychiaters die officieel konden diagnosticeren of behandelen. Terwijl patiënten vaak wel enorm onder hun klachten leden, zag Kooij. Die hadden bijvoorbeeld bovengemiddeld vaak werk- en relatieproblemen en last van depressie, angst en burn-out. Kooij besloot het daarom tot haar missie te maken om volwassenen en ouderen met ADHD te kunnen helpen. Daartoe deed (en doet) ze uitgebreid wetenschappelijk onderzoek, richtte ze bij PsyQ een gespecialiseerde afdeling op voor ADHD bij volwassenen en ouderen, en organiseerde ze een landelijk en Europees kennisnetwerk. Ook ontwikkelde ze een diagnostisch interview (DIVA-5) voor professionals om ADHD bij volwassenen vast te stellen. Dat is inmiddels in 29 talen vertaald.
Hoe kan het dat mensen die al hun hele leven ADHD hebben pas als volwassene een diagnose krijgen?
Sandra Kooij: ‘Daar zijn verschillende verklaringen voor. Stel: een kind met ADHD groeit op in een stabiel gezin met veel structuur. Omdat het heel slim is, komt het op school weg met zijn onrustige gedrag en gebrek aan concentratie. Als het toch achterblijft in een vak, regelen zijn ouders bijles voor hem. Zo’n jongen of meisje met ADHD zal dan niet zo snel vastlopen. Pas als hij of zij gaat studeren of werken en zelf meer moet gaan plannen en organiseren, nemen de problemen mogelijk grote vormen aan. Iets anders is dat veel kennis over ADHD vrij nieuw is, van de laatste twee of drie decennia. Volwassenen met ADHD wisten dus lang gewoon niet beter dan dat zij ‘anders’ waren — als je geen idee hebt waar je op moet letten, kun je natuurlijk ook niet om hulp vragen. Nog steeds komt het besef van hun ADHD vaak pas als hun eigen kinderen of zelfs kleinkinderen de diagnose krijgen en ze meer leren over de aandoening. Dan valt ineens het kwartje.’
Is ADHD echt een mannenaandoening?
‘Zeker niet. ADHD komt even vaak voor bij jongens als bij meisjes, maar bij meisjes – en vrouwen – worden de symptomen over het algemeen minder snel herkend. Dat komt onder andere omdat hun symptomen zich vaak op een andere manier uiten. Van nature zijn meisjes en vrouwen beter in communicatie en sociale interactie. Daarbij leren ze al op jonge leeftijd om zich aan te passen aan de omgeving. Dat maakt ze beter in staat om hun ADHD te verbloemen. Verder hebben meisjes en vrouwen relatief vaak ADD, de variant zonder het hyperdrukke gedrag. Het zorgt ervoor dat hun problemen minder snel opvallen dan bij jongens met ADHD, die door de gangen rennen en overlast veroorzaken.
Bij volwassen vrouwen speelt nog iets. Er is steeds meer bewijs voor een verband tussen schommelingen in vrouwelijke hormonen en de ernst van ADHD- klachten. Simpel gezegd spelen die rond de menstruatie, een eventuele zwangerschap en de overgang vaak meer op. Dat heeft te maken met het effect van vrouwelijke hormonen, vooral oestrogenen, op het brein. Die werken daar als een neurotransmitter, een signaalstof die een belangrijke rol speelt bij onder andere overzicht houden, controle over impulsen en stemming. Bij hormoonschommelingen kunnen de ADHD-klachten daarom verergeren. Zo krijgt maar liefst 60 procent van de zwangeren met ADHD na de bevalling een postnatale depressie. Het verklaart ook waarom veel vrouwen in de overgang extra met hun ADHD-symptomen worstelen.’
Even terug: wat is ADHD ook alweer precies?
‘ADHD is de afkorting van Attention Deficit Hyperactivity Disorder. Bij iedereen uit de aandoening zich op een andere manier, maar veelvoorkomende symptomen zijn aandachtsproblemen, hyperactiviteit en impulsief gedrag. Bij volwassenen staan vooral problemen met concentreren en organiseren voorop. Ook belangrijk om te weten: ADHD gaat vaak samen met andere stoornissen, zoals angst, depressie en slaapproblemen. En van alle mensen met een burn-out heeft 20 tot 30 procent ook ADHD. Vaak zijn dat vrouwen. Die houden sowieso al veel ballen in de lucht door voor iedereen om zich heen – gezin, familie, collega’s – te zorgen. Als je ADHD hebt, is dat door het gebrek aan overzicht en concentratie nog zwaarder. Ze werken zich letterlijk kapot.’
Waarom krijgt iemand ADHD?
‘Waarschijnlijk door een combinatie van oorzaken. Erfelijke aanleg speelt een belangrijke rol, maar zoals gezegd ook de omstandigheden, en bij vrouwen hun hormonen. ADHD is in ieder geval absoluut geen aanstellerij en ook zeker niet je eigen schuld.’
Wat heb je eraan om als volwassene alsnog een diagnose te krijgen?
‘Om te beginnen geeft die een verklaring voor het anders zijn en het vaak daarmee samenhangende negatieve zelfbeeld. Het is zo’n opluchting voor mensen om te snappen waarom ze zijn zoals ze zijn, en waarom ze altijd op zo veel onbegrip zijn gestuit en leed hebben moeten doorstaan. Dat is heel belangrijk in het proces van accepteren wie je bent. Voor de omgeving is het trouwens ook fijn om beter te snappen waarom je partner, ouder of collega zich op een zekere manier gedraagt, of op een bepaalde manier reageert. Ook is een heldere diagnose een ticket naar de beste behandeling. En ja, hulp zoeken heeft op elke leeftijd zin.’
Heb ik AD(H)D?
Psychiater Sandra Kooij maakte deze ‘Ultrakorte Vragenlijst voor ADHD bij volwassenen’. Die kan je helpen inschatten of het nodig is om je verder te laten screenen. Als het antwoord op een of meer van de eerste drie vragen ‘ja’ is en je ook de vierde vraag met ja hebt beantwoord, is het zinvol om met de huisarts te overleggen over verdere diagnostiek.
-
Voel je je doorgaans onrustig? Bijvoorbeeld: gejaagd, moeite met stilzitten, friemelen, veel sporten of beweeglijk zijn.
-
Heb je doorgaans de neiging eerst te doen en dan pas na te denken? Bijvoorbeeld: dingen er uitflappen, te veel geld uitgeven of ongeduldig zijn.
-
Heb je doorgaans concentratieproblemen? Bijvoorbeeld: snel afgeleid zijn, dingen niet afmaken, snel verveeld, vergeetachtig of chaotisch zijn.
-
Heb je dit altijd al gehad? Zolang je je kunt herinneren, of in ieder geval een groot deel van je leven.
Superbrains App biedt hulp Zes jaar geleden ontwikkelde ervaringsdeskundige Rutger den Hollander samen met onder anderen psychiater Sandra Kooij het online platform Superbrains, speciaal voor mensen met AD(H)D. In de app kun je zelf aan de slag met meer dan 350 bewezen effectieve trainingen, oefeningen, vragenlijsten en andere simpele tools om weer regie over je brein en je leven te krijgen. Daarnaast biedt het platform persoonlijke coaching en een community van lotgenoten die elkaar inspireren en steunen. Mensen die voor hun AD(H)D onder behandeling zijn bij PsyQ, Antes of de Parnassia Groep kunnen via de app ook hun voortgang volgen en met hun behandelaar communiceren. Meer informatie: superbrains.nl.
Valt er op latere leeftijd dan nog wat aan de klachten te doen?
‘Absoluut! We hebben heel goede medicijnen die de symptomen duidelijk verminderen. Je kunt je daardoor bijvoorbeeld beter concentreren, vaak al binnen een uur. Deze middelen zijn relatief ongevaarlijk en heel effectief. 70 tot 80 procent van de gebruikers heeft er baat bij, blijkt uit onderzoek. Voor psychiatrische aandoeningen is dat een ongekend hoog percentage. Overigens is alleen medicatie niet genoeg. Goede uitleg en begeleiding zijn minstens even belangrijk. Die helpen om beter met de symptomen om te gaan en zo meer regie over je leven te krijgen. Denk aan hulp bij agendaplanning en relatieproblemen.’
Wat zegt u tegen mensen die ADHD afdoen als een modeziekte en zeggen dat kinderen en volwassen te snel een label krijgen opgeplakt?
‘Natuurlijk word ik weleens moe van die hardnekkige vooroordelen, vooral omdat er overweldigend bewijs is van het tegendeel. Voor de duidelijkheid: ADHD is een extreme variant van normaal gedrag. Je krijgt de diagnose echt niet zomaar. Daar zijn strenge criteria voor, vastgelegd in het handboek voor psychiatrische stoornissen. Alleen een professional mag de diagnose stellen.’
U doet al 28 jaar onderzoek naar ADHD bij volwassenen. Wat zijn de nieuwste inzichten?
‘Mensen met ADHD hebben een verhoogde kans op andere geestelijke en lichamelijke aandoeningen. Denk aan diabetes, hart- en vaatziekten, dementie, hypermobiliteit en auto-immuunziekten. Hoe dat precies werkt, weten we nog niet. We vermoeden dat de slaapproblemen van veel mensen met ADHD – 80 procent heeft daar last van – in ieder geval één van de oorzaken zijn. De interne klok staat bij ADHD’ers vanaf de kindertijd gemiddeld 1,5 uur later afgesteld dan normaal. Dat betekent dat mensen met ADHD later inslapen en dus ook een kortere nachtrust hebben. Met enorme gevolgen, want tijdens je slaap herstellen je lichaam en geest. Kortom: ADHD is niet alleen een breinprobleem, maar een levenslange, lichamelijke aandoening die aandacht behoeft.’
Meer lezen:
Wat is ADHD eigenlijk? Wat zijn de voordelen, nadelen en de vooroordelen? Helpen pilletjes, of juist helemaal niet? Hoe zorg je dat je om kunt gaan met alle prikkels van het dagelijks leven? Francien Regelink is sportmarketeer en blogger. In Druks vertelt ze over haar leven en ervaringen met ADHD.
A. Beuving
28-04-2023 om 12:25Gelden dezelfde redenen voor het laat vinden van deze aandoening ook niet voor ziektes als bijvoorbeeld Autisme ect.? Vroeger was er over alle ziekten veel minder bekend. Wel triest voor degenen die het betrof en zich hun hele leven onbegrepen hebben gevoeld. Gelukkig zijn er studies als hierboven.